Als twee stukken grond naast elkaar liggen of erven naast elkaar, spreekt men over een “recht van overpad”. Dit recht van overpad is een bekende constructie bij veel mensen, die juridisch onder het beperkte recht valt van “erfdienstbaarheid”.
Hoe komt zoiets tot stand; enkele voorbeelden, en opheffing van deze erfdienstbaarheid. Aan bod komen ook de verplichtingen die volgen uit de dienstbaarheid.
Wettelijk is erfdienstbaarheid een last waarmee een onroerende zaak-dienende erf- ten behoeve van andere onroerende zaak-heersende erf- is bezwaard. Dit betekent dat de eigenaar van het ene erf iets moet dulden wat andere eigenaar van het erf doet. Ook kan het zo zijn, dat eigenaar 1 iets niet moet doen.
Dulden of iets doen, daar bestaat de erfdienstbaarheid uit. Er is geen plicht, om wel iets te doen. Het recht van overpad is de bekendste vorm van erfdienstbaarheid.
Maar met de definitie die de wet geeft, bestaan er veel meer voorbeelden te bedenken. Als het over grond gaat, dat naast elkaar ligt, kan de andere manier zo zijn, dat het ene erf gebruik zal moeten maken van het andere.
Denk maar aan tot het dulden van overhangende balkons, verankerde balken, niet hoger bouwen dan drie etages of dulden van waterafvoer over het erf.
Het ontstaan van erfdienstbaarheid kan op 2 manieren: n.l. door versteviging en door verjaring.

Ontdek de Vastgoed Community. Lees mijn uitgebreide review over deze cursus.